Startpagina > Blog > Blogartikel
Dit artikel is geschreven naar aanleiding van een doctoraal onderzoek van Nathalie Roussel aan de Universiteit van Antwerpen. Een grote groep mensen, ongeveer 70% tot 85%, heeft gedurende zijn of haar leven, voor een bepaalde periode, last van lage rugklachten. Bij de meeste mensen verdwijnt de pijn na enkele weken, het andere deel van deze groep ontwikkelt chronische klachten zonder dat daarvoor een aanwijsbare medische oorzaak is (aspecifieke of mechanische lage rugklachten).
Wat de oorzaak is van de overgang van acute naar chronische klachten, is nog niet helemaal duidelijk. Elementen die mogelijk het risico op lage rugklachten verhogen zijn een foute ademhaling en een ongecontroleerde beweging van de wervelkolom. Er is een grote variatie in de klachten van patiënten met lage rugklachten. Daarom wordt gesteld dat patiënten met chronische aspecifieke lage rugklachten niet langer beschouwd kunnen worden als een groep en dat verdere uitsplitsing binnen deze groep noodzakelijk is.
In haar doctoraal onderzoek vergelijkt Roussel het ademhalingspatroon van patiënten met chronische aspecifieke lage rugklachten met dat van gezonde proefpersonen. Er zijn aanwijzingen dat het middenrif bij gezonde personen niet alleen een belangrijke rol speelt bij de ademhaling, maar ook gebruikt wordt om de stabiliteit van de wervelkolom te ondersteunen. Vooral wanneer de stabiliteit van de wervelkolom op de proef wordt gesteld. Voor dat laatste werkt het middenrif samen met de diepe rugspieren, de diepe buikspieren en de bekkenbodem. Het is bekend dat de diepe rug- en buikspieren niet goed functioneren bij patiënten met chronische lage rugklachten. Het ademhalingspatroon bij patiënten met chronische aspecifieke lage rugklachten werd echter nog nooit onderzocht.
Roussel stelde als veronderstelling dat het uitvoeren van deze dubbele taak van het middenrif, zowel de ademhaling verzorgen als bijdragen aan de stabiliteit van de wervelkolom, moeilijk is voor patiënten met chronische lage rugklachten. Daarom heeft zij het ademhalingspatroon zowel in rust als tijdens specifieke tests geëvalueerd. Zo kon zij deze dubbele taak van het middenrif nagaan. Tijdens het uitvoeren van de specifieke tests werd het spiersysteem van de wervelkolom altijd extra belast, zodat het een uitdaging zou betekenen voor de stabiliteit van de wervelkolom. De rug- en de buikspieren zullen tijdens deze tests de stabiliteit van de wervelkolom verzorgen, terwijl de heupspieren instaan voor de beweging van het been. Het middenrif zal daarom in staat moeten zijn om deze dubbeltaak (ademhaling en stabiliteit van de wervelkolom) uit te voeren.
Uit het onderzoek blijkt dat zowel de patiënten met chronische aspecifieke lage rugklachten als de gezonde proefpersonen, in rust een normaal ademhalingspatroon vertonen. Wanneer echter het spiersysteem van de wervelkolom extra belast wordt tijdens de tests, veranderd bij meer dan de helft van de patiënten met chronische aspecifieke lage rugklachten het ademhalingspatroon, terwijl de gezonde proefpersonen in staat zijn om normaal verder te ademen. De patiënten gaan tijdens de test bijvoorbeeld oppervlakkig ademen of stoppen zelfs volledig met ademhalen. Het al dan niet veranderen van ademhalingspatroon hield geen verband met de pijnklachten, wat betekent dat het niet de pijn is die de patiënt doet veranderen van ademhalingspatroon tijdens de tests. Een correcte ademhaling is ontzettend belangrijk voor de voeding van de tussenwervelschijf, een structuur die regelmatig beschadigd is bij patiënten met lage rugklachten. Het is dus goed mogelijk dat deze patiënten, die ook bij activiteiten in het dagelijks leven een afwijkend ademhalingspatroon vertonen, de klachten in stand houden.
Het onderzoek van Roussel toonde ook aan dat verscheidene patiënten tijdens de tests niet in staat waren hun wervelkolom stabiel te houden, in tegenstelling tot de gezonde proefpersonen. Deze ongecontroleerde bewegingen kunnen een oorzaak zijn van terugkerende pijnklachten bij de patiënten. Uit één van haar studies blijkt zelfs dat een ongecontroleerde beweging bij gezonde proefpersonen een voorspellende factor is voor het ontwikkelen van klachten ter hoogte van de wervelkolom of de benen. Met andere woorden, iemand die een ongecontroleerde beweging vertoont tijdens deze test, loopt meer risico voor het ontwikkelen van klachten. De resultaten van dit doctoraal onderzoek tonen aan dat patiënten met lage rugklachten zeer uiteenlopende kenmerken kunnen vertonen en daarom geen homogene groep zijn. Sommige patiënten veranderen van ademhalingspatroon tijdens de tests, terwijl andere de test niet correct kunnen uitvoeren en hun wervelkolom ongecontroleerd bewegen. Deze resultaten bevestigen ook dat verdere onderverdeling nodig is.
In een van de eerste stukken die ik schreef over adem en ontspanning heb ik aangegeven wat je kunt bereiken met deze vorm van therapie. Ook hoe het te combineren is met bestaande(massage) behandelingen. Dit onderzoek maakt duidelijk dat het functioneel ademen en bewegen en het uiteindelijke herstel van evenwicht van grote invloed kan zijn op lage rugklachten.
In het dagelijks leven is Lianne werkzaam als fysiotherapeut en podoloog, deze twee vakgebieden combineert zij met haar kennis als looptrainer en neemt loopbewegingsanalyses af in haar eigen praktijk.
• Manuele Lymfedrainage: Basis
• Massage
• Pijn, Stress, Bewegen en Bindweefsel
• Wellnessmodule voor (sport)masseurs
Copyright © 1980 - 2024 IVS Opleidingen, alle rechten voorbehouden.